Enkele oudere mensen zitten voor hun huis een tasje thee te drinken in de prille lentezon. Veel geld hebben ze niet, bezittingen nog veel minder. Een dak boven hun hoofd, de klompen aan hun voeten, en de kloven in hun handen. Een restant van de ruwe touwen in de haven. We bevinden ons in de jaren ’60. Een tijd die getekend wordt door dualiteit.
Enerzijds was het leven mooi. Iedereen kende elkaar. Als iemand hulp nodig had, hoefde hij het zelfs niet te vragen, de mensen waren er voor elkaar. Anderzijds was er de kerndreiging, de angst voor een nieuwe oorlog, en het trauma van de twee vorige dat nog niet helemaal verwerkt was.
Maar terug naar de mensen met hun tas thee. Kamillethee naar alle waarschijnlijkheid. Oude mensen drinken haast niets anders. Al slurpend van hun thee, kijken ze in het rond. Links van hun zien ze de fiere Conscience op zijn sokkel zitten, rechts staat de Jezuïtenkerk, en vlak voor hen het Pannenhuis.
“Ja dat Pannenhuis, dat is toch een merde zenne!” zouden ze tegen elkaar mompelen. “Een kot vol hoeren en snotneuzen die niet willen werken. En maar onnozele tekeningskes maken. Bende leeglopers!” Bompa zou instemmend knikken met zijn oude hoofd en aan zijn grote oren krabben. Bomma zou snuiven en op de grond spuwen. De vetzak.
Het was in dat Pannenhuis dat de Man met de Doedelzak woonde. Ergens boven in een armtierig zolderkamertje bedekt in stof. In de zomer was het er snikheet. In de winter regende het soms zo hard, dat je al even goed buiten kon gaan liggen. De Man met de Doedelzak had zijn bizarre instrument ergens gekocht op de rommelmarkt. De oude Schot die het hem had verkocht beweerde dat je er hemelse klanken mee kon produceren. 150 Frank, meer niet had de Man toen nog Zonder Doedelzak gezegd. En zo geschiedde.
Uren lang zat hij op zijn zak te blazen. Het ding smaakte een beetje naar een bejaarde geit, maar moedig zette hij door. De buren kwamen vaak klagen, ook die twee oude zagen aan de overkant. Maar hij luisterde niet en blies lustig verder op zijn doedelzak.
Ja de Man met de Doedelzak was een eigenwijze man. Wannes Van De Velde is altijd al een koppige aap geweest…
Geen opmerkingen:
Een reactie posten