Bende smeerlappen. Rijke stinkers in hun Mercedes-Benz . Zondaars. Luchtvervuilende rotzakken.
Als je nu op het Conscienceplein rondwandelt, kan je dat haast met je ogen toe. Het is er rustig en kalm. Buiten de hordes buitenlandse toeristen, de weinige fietsen, of de enkele wagen van de gemeente, is er bijna geen verkeer op het plein. Je kunt er rustig op de grond gaan zitten om te genieten van de zon, zonder dat een of andere onnozelaar je tenen tot moes maalt met zijn veel te grote velgen onder zijn veel te grote jeep. Zo’n potsierlijke Landrover. Of een Hummer. Met een madam onder haar stuur, omdat ze niet groot genoeg is om boven haar dashboard uit te kijken.
Ooit was het anders. Vroeger kon je het Conscienceplein vergelijken met een autosnelweg. De auto’s vochten er een bittere strijd uit om toch maar de dichtste parkeerplaats bij het restaurant te kunnen bemachtigen. De rijke stinkers die een heerlijke biefstukfriet naar binnen kwamen werken onder de ogen van de arme plaatselijke mensen.
Op de barricades moet Panamarenko gedacht hebben! Ja ik keek ook vreemd op toen ik de woorden ‘Panamarenko’ en ‘gedacht’ in dezelfde zin hoorde. Panamarenko en zijn kunstenaarsvrienden waren welgekende gasten in het Pannenhuis, het volkscafé van het Conscienceplein. Ze waren het beu dat die rijke stinkers heel hun plein kapot reden met hun auto’s. De politie weigerde mee te werken, de restaurantuitbaters nog veel minder. Die hadden nog liever hun kinderen geofferd aan de duivel.
Tijd voor actie! Op een vroege zomermorgen trok Panamarenko naar de winkel achter de hoek, en bestelde 20 gigantische ijsblokken. Met man en macht werden de blokken naar de ingangen van het plein gebracht, waar ze op elkaar gestapeld werden. Binnen de kortste keren smolten de blokken vast aan elkaar. De blokkade was opgeworpen, laat die flikken maar komen!
De politie rukte uit en beval Panamarenko en zijn trawanten om de blokkade te verwijderen. Panamarenko antwoordde doodleuk dat hij niet zou weten hoe.
De brandweer rukte uit. Ook zij wisten niet wat ze moesten doen. Panamarenko lachte zich een driedubbele breuk.
En zo was het Conscienceplein toch voor een dag autovrij. Enkele jaren later werd het plein effectief autovrij gemaakt. De middenstanders, die moord en brand geschreeuwd hebben, hebben nog nooit zo veel volk over de vloer gehad.
Panamarenko’s winterse zomer heeft het Conscienceplein gered van de benzineslikkende monsters.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten